Post | juli 2025 | Vrijwilligers Weesp aan het woord | 1 min lezen
Vrijwilligers in Gemeentekrant Amsterdam

Vrijwilligers Joenkie Liem, Paul Eilke en Nancy Bruins vertellen over hun mooie en belangrijke vrijwillige inzet in Weesp en Driemond in Gemeentekrant Amsterdam.
Gerelateerde blogposts
Vrijwilligers in Gemeentekrant Amsterdam
| Vrijwilligers Weesp aan het woord
Vrijwilligers Joenkie Liem, Paul Eilke en Nancy Bruins vertellen over hun mooie en belangrijke vrijwillige inzet in Weesp en Driemond in Gemeentekrant Amsterdam.
Lees meer‘Vrijwilligerswerk helpt mensen groeien, ook onszelf’
| Vrijwilligers Weesp aan het woord
Ton Denkers-Gadella (82) en Carlita Bron-van Kanten (79) zijn de drijvende krachten achter de Taalgroep voor Vrouwen, waar anderstalige vrouwen uit Weesp samenkomen om Nederlands te oefenen. “We hebben plezier en leren van elkaar. Het is zowel voor de vrouwen van de Taalgroep als voor onszelf een verrijking,” zeggen Ton en Carlita eensgezind.
Met allebei een grote glimlach om hun mond en een stapel schriftjes in hun handen lopen Ton en Carlita heen en weer door de achterste zaal van Versa Welzijn aan het Van Houten Industriepark. Ze bereiden al kletsend de Taalgroep van deze week voor. Dat ze dat veel vaker hebben gedaan blijkt uit de vanzelfsprekendheid van hun bewegingen: de een hangt een landkaart op, de ander schuift wat met stoelen, om vervolgens samen de schriften, pennen en bordenwissers klaar te leggen.
Kinderen moesten vertalen
“Ik ben al sinds 2012 bij de Taalgroep betrokken,” vertelt Carlita. Ze groeide op in Suriname en werkte jarenlang als fysiotherapeut. “Tijdens mijn werk zag ik hoe belangrijk taal is. Ik had een oefengroep voor anderstalige vrouwen. Daar merkte ik dat taal een belemmerende factor kan zijn bij een behandeling. Soms zeggen mensen dat ze je begrijpen, maar dan is dat niet zo. Dat zorgt voor miscommunicatie en strubbelingen. Ik merkte ook dat vrouwen vaak hun kinderen meenamen naar de fysiotherapie, zodat die konden vertalen. Die vrouwen waren dus echt afhankelijk. Dat was voor mij een extra stimulans om me in te zetten voor de Taalgroep voor vrouwen.”
Taal kan deuren openen
Ton heeft een achtergrond in de pedagogiek en werkte onder andere bij de brandweer en de gemeente Weesp. “Taal is de sleutel tot verbinding, dat leerde ik al vroeg. Het kan deuren openen, maar ook obstakels vormen.” Dat laatste merkte ze tijdens haar tijd bij de brandweer. “Als iemand een brandend huis in gaat, dan moet die met de andere brandweerlieden kunnen communiceren. Er staan levens op het spel. Als er een taalbarrière is, dan is het niet veilig om in zo’n situatie samen te werken.”
Ze vertelt dat ze uit een ‘maatschappelijk geëngageerd nest’ komt. “Ik deed op mijn zeventiende al vrijwilligerswerk. Sinds ongeveer acht jaar ben ik bij de Taalgroep betrokken.”
Rekken en strekken
“De Taalgroep voor Vrouwen is een veilige plek waar anderstalige vrouwen elke donderdagmiddag samenkomen om Nederlands te praten en te oefenen,” legt Ton uit. “We richten ons niet alleen op grammatica of schrijven, het gaat juist om het toepassen. Dus hoe vraag je iets in de supermarkt of hoe leg je iets uit aan de leerkracht van je kind?”
Een bijeenkomst begint meestal met een kringgesprek. “We vragen of iemand iets heeft meegemaakt waarover ze wil vertellen,” vertelt Carlita. “En we bespreken het nieuws of dingen die spelen. Daarna is er tijd voor opdrachten en spelletjes. Halverwege doen we altijd rek- en strekoefeningen. Dat is natuurlijk bedoeld om even te bewegen. Maar zo leren we ook begrippen als ‘voor’, ‘naast’ en ‘achter’ op een speelse manier. Zo van: ga naast je stoel staan, en voor je stoel, dat soort opdrachtjes. En als we het rekken en strekken per ongeluk een keer vergeten, dan vragen ze er zelf naar,” lacht ze.
Respect en vrijheid
De groep is divers, met vrouwen van verschillende achtergronden en niveaus. “Sommigen zijn hoogopgeleid en willen Nederlands leren om te werken, anderen zijn nooit naar school geweest,” vertelt Ton.
“Iedereen accepteert en respecteert elkaar, dat is geweldig om te zien. We hebben de afspraak dat alles wat we bespreken bij de Taalgroep onder ons blijft. Die vrijheid moeten de vrouwen voelen. En dat is best ingewikkeld, want we hebben verschillende religies in de groep zitten. Maar er wordt naar elkaar geluisterd en de vrouwen stellen ook vragen aan elkaar. Ze oordelen niet. En we kunnen het echt over alles hebben.”
‘We praten ook over gezondheid’
De bijeenkomsten zijn niet alleen leerzaam, maar ook gezellig. “Vaak nemen de vrouwen iets lekkers mee om te delen,” vertelt Carlita. “Dat zijn vaak recepten uit hun cultuur, iets waar ze trots op zijn. En daar krijgen ze van de andere vrouwen dan weer waardering voor, zo mooi is dat.”
Ze vult aan dat er bij de Taalgroep ook aandacht wordt besteed aan het onderwerp ‘gezondheid’. “Zo hebben we gesproken over diabetes en gezond eten. Een van onze vrouwen gebruikt door die gesprekken nu minder suiker bij het koken. En een aantal vrouwen heeft samen een wandelgroepje gevormd. Ze bewegen nu veel meer.” De gepensioneerde fysiotherapeut straalt van trots.
Wij leren net zoveel van hen als zij van ons
Op de vraag wat dit vrijwilligerswerk zo leuk maakt, antwoordt Carlita meteen: “De energie van de groep. Iedere bijeenkomst is anders, en het is geweldig om te zien hoe de vrouwen groeien in hun zelfvertrouwen. Daarbij weet ik dat ik zinvol bezig ben, ik beteken iets voor deze vrouwen. En zij betekenen iets voor mij. Want het omgaan met verschillende mensen, culturen en denkwijzen is voor mezelf echt een verrijking. Ik zou eigenlijk willen dat dit veel meer gebeurt over de hele wereld, want zo leer je elkaar begrijpen en haal je vooroordelen weg.”
Ton knikt instemmend. “Ik vind het ontzettend leuk en leerzaam om met mensen uit verschillende landen en met verschillende godsdiensten in gesprek te gaan. Wij leren net zoveel van hen als zij van ons. En als je dan ziet dat er iets groeit in zo’n groep, dat de vrouwen het leuk hebben met elkaar en zich veilig voelen, dat is natuurlijk het allermooiste.”
Vrijwilligerswerk draait niet alleen om geven
“Het zou fantastisch zijn als meer mensen zich als vrijwilliger aansluiten bij de Taalgroep voor Vrouwen. Jongeren bijvoorbeeld, want wij worden ook een dagje ouder.” Carlita maakt aanhalingstekens bij het woord ‘dagje’ en Ton en zij schieten in de lach. “Dus uiteindelijk hebben we mensen nodig die het stokje kunnen overnemen.”
Ton verduidelijkt: “De Taalgroep voor Vrouwen is elke donderdag van 14.30 uur tot 16.30 uur. Behalve in de schoolvakanties. En als iemand geïnteresseerd is als vrijwilliger maar niet elke week kan, dan kunnen we daar natuurlijk rekening mee houden. En mocht je nog twijfelen: vrijwilligerswerk draait niet alleen om geven. Je krijgt er heel veel voor terug.”
Lees meer‘Het voelt alsof ik familie ben van de mensen die hier wonen’
| Vrijwilligers Weesp aan het woord
“Elke dinsdagavond help ik bij de filmavond. Dan halen we de bewoners op en geven we ze een lekker plekje in het theater, met een kopje koffie en koekje erbij natuurlijk. Dan kijken we een film, een opera, of een tv-show van vroeger.” Met een stralende lach vertelt Sude over haar vrijwilligerswerk. Ze is zestien, zit in het eindexamenjaar van het tweetalig VWO en heeft een bijbaan bij de Dekamarkt. Toch maakt ze elke week tijd vrij om vrijwilligerswerk te doen bij Hogewey.
“Ik was heel verlegen en een beetje nerveus. Mijn moeder werkt bij Hogewey en zei dat vrijwilligerswerk goed voor me zou zijn. Hier kom je weer hele andere mensen tegen dan op school en je leert op een andere manier met mensen om te gaan. Dus toen heb ik me aangemeld. Ik vond het meteen leuk, want ik werk met hele leuke collega’s die hun waardering uitspreken, dat is fijn. Het geeft me ook voldoening om plezier te maken met de bewoners en op die manier iets bij te dragen aan hun geluk.” Glimlachend voegt ze toe: “Dit vrijwilligerswerk heeft mijzelf ook echt geholpen om mijn sociale vaardigheden uit te breiden en mijn grenzen te verzetten.”
‘Soms doen we een polonaise’
“Veertien jaar geleden is mijn man overleden,” vertelt de achtenzeventigjarige Corrie. “Toen was ik ineens alleen. Ik dacht: dan kan ik maar beter leuke dingen gaan doen, want ik ben altijd erg van het gezellig maken. Mijn schoonzus zei: ‘Ga vrijwilligerswerk doen bij Hogewey’. In eerste instantie leek me dat niks. Ik had nog nooit met dementie te maken gehad en wist niet of ik daar wel mee om kon gaan. Maar ik ben toch eens gaan kijken en werd meteen enthousiast.”
Elke woensdagavond helpt Corrie bij het borreluurtje op Hogewey. “Dan halen we de mensen op, draaien oude muziek en gaan we borrelen en dansen. Soms doen we zelfs een polonaise. Echt een feestje hoor!” Ze lacht vrolijk. “Op donderdag ben ik hier ook, eerst bij het smartlappenuur. Dan zingen we met elkaar, gezellig met een kopje koffie en een koekje. En ’s middags is het brei-uurtje, maar sommige bewoners gaan dan schilderen of kleuren.” Corries ogen beginnen te twinkelen. “Dat is zo gezellig. En het leuke is dat tijdens zo’n activiteit de gesprekken op gang komen. Vooral over vroeger. Vorige week vertelde een bewoner nog over het maandverband dat vroeger altijd aan de lijn hing. En daarna ging het ineens over petroleumstelletjes. Ondanks hun dementie weten de mensen over vroeger nog heel veel. Ik geniet van dat soort gesprekken.”
Goed gevoel
“Dit vrijwilligerswerk geeft zoveel afleiding en plezier. Ik heb ineens weer collega’s en ik leer heel veel van de jongeren die hier ook werken,” vertelt Corrie. “Natuurlijk is het ook wel eens verdrietig, bijvoorbeeld als je ziet dat een bewoner achteruitgaat, of wanneer iemand overlijdt. Soms is het ook goed dat het kaarsje uitgaat, maar het blijft verdrietig.” Ze is even stil. “Gelukkig overheerst vooral het plezier en ga ik altijd met een goed gevoel naar huis. Dan denk ik: wat was het weer gezellig en wat heb ik veel geleerd.”
Daar is Sude het mee eens. “Het is heel erg leuk en leerzaam om met ouderen om te gaan. Soms zeggen ze onbedoeld hele grappige dingen.” Ze lacht. “En ik vind het een fijn gevoel om ze te helpen en het gezellig voor ze te maken. Het voelt soms alsof ik familie ben van de mensen die hier wonen.”
Corrie kijkt bewonderend naar Sude. “Wat zeg je dat mooi! Want zo is het echt, het voelt als familie. En ik zou iedereen aanbevelen dat eens te komen ervaren, want bij Hogewey zoeken ze altijd mensen. Zelfs als je denkt dat omgaan met oude mensen niks voor je is, want dat dacht ik eerst ook. Maar het geeft me heel vele voldoening en blijheid.”
Sude knikt. “Ik hoor mensen soms zeggen dat ze niet het geduld hebben om met ouderen om te gaan. Maar vrijwilligerswerk helpt juist bij het verzachten van je hart en het vergroten van je geduld. Zo voel ik het. Het brengt blijdschap en geluk om andere mensen te helpen. En ik denk dat het heel veel mensen goed zou doen om meer goed te doen.”
Lees meer

